Inhoudingsplicht schulden aannemers: geen bewijslast voor fiscus
Wanneer u/uw vennootschap voor professionele doeleinden een beroep doet op een aannemer, mag u zijn facturen niet zomaar betalen. Voordat u dat doet, moet u checken of de aannemer fiscale of sociale schulden heeft. Is dat het geval, dan moet u 15% van het factuurbedrag exclusief btw inhouden en storten op een rekening van de FOD Financiën.
U kunt op https://www.checkinhoudingsplicht.be/, waarop u het ondernemingsnummer van de aannemer ingeeft, zien of er al dan niet een inhoudingsplicht is. Omdat er in de wet staat dat die database bewijskracht heeft voor de inhoudingsplicht, kunt u niet eisen dat de fiscus het bestaan van de schulden ook nog eens bewijst.
Is er inhoudingsplicht en bedraagt de factuur ten minste € 7.143 excl. btw, dan kunt u aan de aannemer een attest met het bedrag van de schulden vragen. Blijkt uit dat attest dat de schulden lager zijn dan 15% van het factuurbedrag excl. btw, dan is de inhouding beperkt tot het bedrag van de schulden (art. 55, §3 en §5, lid 2 Wetboek Invordering).
Als u niets of onvoldoende inhoudt, dan is uw onderneming hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de fiscale en sociale schulden die bij de ondertekening van de overeenkomst bestonden én in de loop van de uitvoering van de overeenkomst ontstaan, zij het wel beperkt tot 35% van de totale prijs van de werken, excl. btw (art. 54, §1 en §6 en art. 55, §4 Wetboek Invordering). Bovendien wordt dan een boete opgelegd van in principe twee keer het in te houden bedrag, die wel nog verminderd wordt als u de in te houden bedragen alsnog betaalt (art. 210 KB/WIB 92).